In het winterseizoen staan onze medewerkers en aannemers dag en nacht paraat om ervoor te zorgen dat de wegen en fietspaden begaanbaar blijven. We zetten ons in voor een goede doorstroom van het verkeer en veiligheid op de weg. Het gladheidsseizoen duurt van 15 oktober tot en met 15 april.
Elke wegbeheerder strooit zijn eigen wegen en fietspaden. Dus de provincie strooit de provinciale wegen en fietspaden, Rijkswaterstaat de rijkswegen (A7, A28 en N33) en de gemeente de gemeentelijke wegen en fietspaden (meestal binnen de bebouwde kom).
Elke beheerder bepaalt zelf of zij gaan strooien. De strooiroutes worden wel onderling afgestemd, zo voorkomen we bijvoorbeeld dubbel strooien of vergeten wegen.
Bekijk de kaart met de strooiroutes
Bij hevige sneeuwval, ijzel of zouttekorten:
De provincie Groningen heeft de gladheidsbestrijding vastgelegd in het uitvoeringsplan gladheidsbestrijding 2024-2026. Dit interne werkdocument bevat alle afspraken over de inzet van mensen en materieel. Het plan dient als leidraad om de gladheidsbestrijding efficiënt en effectief uit te voeren. Ook staat hierin beschreven hoe taken zijn verdeeld en hoe wordt samengewerkt met andere wegbeheerders.
De keuze om te strooien wordt gemaakt door de provinciale gladheidscoördinator. Deze medewerker is speciaal opgeleid om een afweging te maken op basis van weergegevens, meetstations en lokale waarnemingen. Het klimaat in Groningen zorgt regelmatig voor temperatuurschommelingen rondom het vriespunt, zogeheten kwakkeldagen. Daarbij kan de situatie per gebied verschillen door plaatselijke buien of opklaringen. Voor weggebruikers is het daarom belangrijk om alert te blijven en hun rijgedrag aan te passen.
De provincie strooit als de weg of het fietspad glad wordt door bevriezing, sneeuw of ijzel. Onze gladheidscoördinatoren houden de lucht- en wegdektemperatuur steeds in de gaten. Dit doen ze via informatie uit meetstations, die op meerdere plekken langs de provinciale weg staan en is er altijd contact met het weerbureau. Ook houden kantonniers in de gaten hoe de situatie op wegen en fietspaden is.
Elke wegbeheerder maakt de afweging of ze gaan strooien. Dat heeft ook te maken met de verschillende typen wegverhardingen. Zo komt Zeer open asfaltbeton (ZOAB) voor op rijkswegen en zie je vaak klinkers op gemeentelijke wegen. Het is voor de weggebruiker van belang om hier alert op te zijn.
De provincie heeft drie steunpunten met zoutloodsen en wintermaterieel: in Pekela, Overschild en Groningen (Reitdiephaven). Van hieruit bedienen we de hele provincie. Vanaf 2026 gebeurt de gladheidsbestrijding vanuit één centrale locatie, op bedrijventerrein Roodehaan aan de westkant van de stad Groningen.
De voorbereiding op het winterseizoen begint al in de zomer. Vanaf dan begint het onderhoud van het wintermaterieel en de training en scholing van ons personeel. Tijdens een zogenoemde vlootschouw in het najaar worden de strooiers op de voertuigen afgesteld. De chauffeurs verkennen de routes vooraf om te leren en te kijken of ze onderweg obstakels zien. Vanaf 15 oktober staan we dag en nacht klaar om in actie te komen.
Aan het begin van het seizoen zorgen wij ervoor dat er op iedere locatie ongeveer 450 ton strooizout ligt. Dit is genoeg zout voor ongeveer 25 strooiacties. Waar nodig worden de voorraden tijdens het seizoen aangevuld door de leverancier. In een strenge winter gebeurt dit vaker dan tijdens een zachte winter. Wij zorgen ervoor dat er altijd voldoende zout op voorraad is.
Er zijn verschillende vormen van wintergladheid:
Dit ontstaat wanneer het natte wegdekoppervlak bevriest bij dalende temperaturen. Er vormt zich dan een ijslaagje op het wegdek.
Deze vorm ontstaat als vocht uit de lucht neerslaat op het wegdek en vervolgens bevriest. De verhouding wegdektemperatuur en het dauwpunt zijn in deze situatie erg belangrijk. Wanneer de temperatuur daalt slaat het vocht neer. Het wegdek wordt dan nat en als het gaat vriezen slaat het vocht neer in de vorm van ijskristallen. Bruggen zijn erg gevoelig voor deze vorm van gladheid, omdat deze aan de boven- en onderzijde kunnen afkoelen.
Deze vorm kan in verschillende vormen optreden, zoals sneeuw, ijzel, mist en hagel. Als deze neerslag op bevroren wegdekken valt, ontstaat er gladheid.
De gladheidsbestrijding wordt uitgevoerd met de nieuwste technieken. Op drie vaste strooiroutes loopt op dit moment een proef met automatisch strooien. Voertuigen rijden hier met een GPS-systeem met voorgeprogrammeerde strooiroutes. Daarbij maakt de chauffeur vooraf een keuze hoeveel grammen zout ze strooien. Vervolgens rijden ze de route en dan gaat de strooier automatisch aan of uit. De breedte-instelling wordt ook automatisch geregeld. Het systeem zorgt voor een beter strooiresultaat en het scheelt handwerk voor de chauffeurs. Ze kunnen zich beter op de weg concentreren.
De situatie op de weg kan plaatselijk erg verschillen. Bij gladheid is het vanzelfsprekend om de snelheid aan te passen en rekening te houden met langere reistijden. Bekijk deze tips voor voetgangers, fietsers en automobilisten. Hou ook de weerswaarschuwingen van de KNMI in de gaten. Bepaal op basis daarvan of het echt nodig is om de weg op te gaan.