De aanpassing van het maatregelpakket komt voort uit de evaluatie van de regeling in 2023. In de aangepaste regeling zijn vier categorieën opgenomen met elk een eigen budget. Boeren kunnen in de regeling subsidie aanvragen voor het inhuren van een adviseur of voor deelname aan studiegroepen (categorie A). Hiervoor kan per bedrijf maximaal € 5.000 subsidie worden aangevraagd. Dat kan tot en met 31 december 2024.
Daarnaast kan er subsidie worden aangevraagd voor de zogeheten niet-productieve investeringen (categorie B, C en D). Dit zijn investeringsmaatregelen gericht op het verminderen van stikstofuitstoot. Hiervoor kan maximaal € 60.000 per bedrijf worden aangevraagd, voor maximaal 80 procent van de totale investering. De aanvrager dient zelf ook minimaal 20 procent bij te dragen aan de investering. Binnen de niet-productieve investeringen kan bijvoorbeeld subsidie aangevraagd worden voor een sproei installatie voor water of magnesium-chloride. Voor sommige maatregelen, zoals een mestrobot, geldt dat deze alleen in combinatie met andere maatregelen in aanmerking komen voor subsidie. De bedragen die maximaal aangevraagd kunnen worden gelden over het totaal en over alle eerdere openstellingen heen. Als een bedrijf in 2023 € 25.000 heeft ontvangen uit niet-productieve investeringsmaatregelen, dan kan het bedrijf in 2024 nog maximaal € 35.000 aanvragen. Aanvragen voor de niet-productieve maatregelen kunnen tot en met 13 november 2024 worden ingediend.
Openstelling
De subsidieregeling wordt vanaf 2 oktober 2024 opengesteld via de website van het Samenwerkingsverband Noord Nederland (SNN). Informatie over de regeling, de categorieën en de maatregelen waarvoor subsidie aangevraagd kan worden is al te vinden via www.snn.nl/zakelijke-subsidies/reductie-stikstof. Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van volledige subsidieaanvragen. Dit loopt door tot het moment dat het subsidieplafond voor de betreffende categorie is overschreden. Iedere categorie heeft een eigen budget en plafond.
Met de regeling willen de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe investeringen stimuleren die bijdragen aan de vermindering van stikstofemissie binnen een agrarische onderneming. Door in 2024 te werken met categorieën met een eigen budget willen de provincies de effectiviteit van de regeling verhogen.