Het Rijk en de gemeenten zijn verantwoordelijk voor een veilige en menselijke opvang van vluchtelingen. Als vluchtelingen een verblijfsstatus krijgen en daarmee vergunninghouder zijn, moeten gemeenten zorgen voor huisvesting. De provincie heeft de taak om te controleren of gemeenten aan deze verplichting voldoen. De provincie legt hierover verantwoording af aan het Rijk.
Asielzoekers die in Nederland aankomen, worden opgevangen in opvangcentra, vaak in samenwerking met het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA), zoals in Ter Apel. De provincie ondersteunt gemeenten bij het vinden van geschikte locaties en bij het bieden van noodzakelijke voorzieningen zoals onderdak, zorg en onderwijs.
Een vergunninghouder (ook wel statushouder genoemd) is een vluchteling die een verblijfsvergunning heeft gekregen en daardoor recht op huisvesting in Nederland. De provincie Groningen werkt nauw samen met gemeenten om ervoor te zorgen dat deze mensen een geschikte woning krijgen.
Wanneer een asielzoeker een verblijfsvergunning krijg van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), wordt hij of zij vergunninghouder. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) koppelt deze vergunninghouder vervolgens aan een gemeente. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het bieden van passende woonruimte voor deze vergunninghouder. Een vergunninghouder kan de aangeboden woonruimte niet weigeren.
Omdat er steeds meer vergunninghouders komen, vinden gemeenten minder makkelijk voldoende betaalbare woningen. Als er te weinig huizen zijn, moeten ze op zoek naar een andere oplossing. Als een gemeente niet genoeg betaalbare huizen kan laten bouwen, kijken we samen naar andere mogelijkheden. Bijvoorbeeld een tijdelijke woning of woonruimte in een leegstaand bedrijfspand. We stimuleren daarbij de samenwerking met woningcorporaties, hulporganisaties zoals Vluchtelingenwerk en gemeenten uit dezelfde regio en uiteraard het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA).
Het Rijk bepaalt ieder half jaar hoeveel mensen met een verblijfsvergunning er per gemeente gehuisvest worden. Dit is een wettelijke taak. De provincie ziet erop toe dat gemeenten deze taak uitvoeren. Dit doet de provincie door te controleren of gemeenten voldoen aan de vereisten. Het is belangrijk dat vergunninghouders zo snel mogelijk gehuisvest worden en daarmee ook sneller kunnen integreren in onze samenleving.
Het kabinet wil de wettelijke taakstelling huisvesting vergunninghouders voor gemeenten schrappen. De onduidelijkheid over de vraag of, en zo ja wanneer, de wet op dit onderdeel gewijzigd wordt, maakt het voor provincies en gemeenten nog lastiger om aan de toch al ingewikkelde opgave te voldoen.
Wanneer een gemeente haar taak niet uitvoert, start de provincie een traject met de gemeente, met als doel dat de gemeente de taak alsnog te realiseert. Dit houdt in dat er ambtelijk en bestuurlijk overleg is en er afspraken worden gemaakt over het alsnog uitvoeren van de wettelijke taak. Daarbij gaat de provincie in haar rol als toezichthouder uit van vertrouwen in de uitvoering.
Als uiteindelijk de formele termijn van waarschuwen is verstreken, en de gemeente niet aan haar verplichtingen heeft voldaan, dan gaat de provincie over tot de zogenaamde indeplaatsstelling. Dit betekent dat de provincie de taak van de gemeente overneemt en doet wat nodig is om de mensen met een verblijfsvergunning alsnog te huisvesten. Doet de provincie dit niet, dan kan het Rijk deze taak overnemen.
Met vragen kunt u terecht bij onze Front Office, via info@provinciegroningen.nl.